Bier in de wilde keuken

“De Wilde Keuken” is een sympathiek programma op de Nederlandse televisie. De presentator, Wouter Klootwijk, is eigenzinnig en geïnteresseerd, de plaatjes zijn mooi, de muziek geeft het programma een bijzondere sfeer. Ik kijk er graag naar. “De Wilde Keuken” gaat over eten, meestal. Gisteren niet. Gisteren ging “De Wilde Keuken” over bier.

Bierblogger zijn is niet altijd een vrolijke bezigheid. Vaak mopper ik, over kranten bijvoorbeeld, of over mediafiguren die domme dingen zeggen over bier. Zelfs brouwers kunnen soms rare dingen zeggen over het bier van anderen. Zou Wouter Klootwijk, die zo liefdevol over groente, vis en vlees kan praten, ook domme dingen zeggen over bier?

De uitzending begon met nostalgische plaatjes. Industrie, rode bakstenen, regen: zo ziet België er volgens de clichés uit. We waren dan ook in België, in Aalst. Want, vertelde Wouter Klootwijk, enthousiast als altijd, wie bier zegt, die zegt België. Ja, nou, Heineken, Bavaria, dat had je in Nederland, maar écht bier, dat is Belgisch.

Daarmee was de toon gezet. Nederlands bier, dat is pils, slecht pils, niet meer dan dat. Vele tientallen Nederlandse brouwers werd op vrijdagavond, primetime, stilzwijgend de strot doorgesneden. Zij bestaan niet in De Wilde Keuken. Alleen de grote pilsbrouwers bestaan: Heineken, Bavaria, later in de uitzending ook nog in een bijzin Grolsch. Meer is er niet in Holland, meneer.

Voor de Nederlandse biercultuur zou het een pijnlijk half uurtje televisie worden. Toch werd, en dat pleit weer voor Klootwijk, Belgisch bier ook niet kritiekloos benaderd. Een journalist die de “Belgische taal” (sic) beter sprak dan Klootwijk, toonde aan dat in veel Belgisch bier glucose zit. Kunstmatig wordt het bier aangezoet, zodat er tijdens het gisten meer alcohol ontstaat. Want bier moet zwaar zijn.

De journalist deed z’n werk keurig. Hij doorprikte de mythe van de middeleeuwse, ambachtelijke bieren: Belgisch bier zoals we dat nu kennen is een verzinsel uit de 20e eeuw. Bier met veel alcohol, om zo de straffere jenever, die na 1919 verboden werd in België, een beetje te vervangen. Daarom wordt er glucose in Duvel en Palm verwerkt, maar ook in de trappisten.

De echte bierliefhebber weet dit natuurlijk wel. Maar de echte bierliefhebber weet ook dat niet iedere brouwer zo met bier foefelt. Integendeel, bieren met veel smaak maar weinig alcohol zijn de laatste tijd in opkomst. Die Nederlandse brouwers die gisteravond even niet mochten bestaan, die knoeien lang niet allemaal met suiker. Veel Belgische collega’s ook niet, trouwens. Maar ja. Tv moet snel zijn zeker?

Normaal is “De Wilde Keuken” niet snel. Het is nostalgische tv. En eigenlijk was het dat gisteren ook: de wereld was nog gewoon zoals ze in 1983 was. Hollands pils, zoet zwaar bier uit België, hop uit West-Vlaanderen. Sinds 1983 is er veel gebeurd, Amerikaanse hop kwam op, Nederlands speciaalbier kwam op, bitter en zuur werden hippe smaken. Maar die ontwikkeling heeft Wouter Klootwijk niet gevolgd.

“De trend voor de zomer,” zei Klootwijk toen hij hopthee met suiker dronk. Hij keek erbij alsof hij het zelf bedacht had, maar hopthee bestaat al even. In de wereld van nu, tenminste, in 2013. De Wilde Keuken ging gisteravond schaamteloos terug in de tijd, naar een wereld van sprookjes en clichés. Wat een gemiste kans.

6 thoughts on “Bier in de wilde keuken

  1. Je zegt nogal wat, maar ik mis je punt.
    Zou willen zeggen: De Wilde Keuken is in zekere zin satire. Eén aflevering over bier is derhalve niet dé waarheid over bier, of een dwarsdoorsnee van wat er aan bier bestaat. Kortom, het programma is niet te vergelijken met bijvoorbeeld Keuringsdienst van Waarde, dat veel meer op feiten gericht is. Wouter brengt weetjes (die je al wel weet, maar velen dus niet).
    Bovengenoemde maakt jouw opmerking over hopthee is exemplarisch. Ik kende rooibos(thee) al in 1987, toen ik in Pretoria opgroeide. Nederland maakte pas jaren later kennis met rooibos. In 2001 was ik opnieuw in Zuid-Afrika; ik leerde toen het fenomeen heuningbos (honingbos) kennen. Vergelijkbaar met rooibos, maar nog niet te krijgen in vrijwel heel Europa. Behalve in Duitsland, op dat moment. Een paar jaar later kwam het naar Nederland (maar heel populair werd het nooit, terwijl het heerlijk is). Dat hopthee al bestaat, zegt dus niets, het zou zomaar de zomertrend kunnen worden. Zoals allerlei al bestaande producten ineens een trend kunnen worden. Dus nogmaals: ik mis je punt.

  2. Het punt lijkt me niet zo moeilijk te missen: ik vind het zonde dat in dit programma allang achterhaalde clichés bevestigd worden, in plaats van dat er aandacht wordt besteed aan de moderne Nederlandse biercultuur. Dat is een gemiste kans (zoals ik letterlijk zeg in mijn blog, dus daar heb je het “punt” al, hapklaar). Veel bierliefhebbers, waaronder ik, proberen de heersende misvattingen over bier uit de wereld te helpen, dan is het pijnlijk als een goedbekeken programma alle misvattingen nog maar eens bevestigt.

  3. Je let niet goed op, volgens mij. Als je De Wilde Keuken inderdaad vaak en met plezier kijkt, zoals je aangeeft, dan heb je vast gemerkt dat Wouter een heleboel ‘domme’ dingen zegt, omdat hij dingen soms op het ridicule af versimpelt. Maar die ‘domme’ dingen zijn tegelijkertijd spitsvondig en (in jouw woorden) eigenzinnig. Anders gezegd: Wouter plakt clichés aan elkaar, maar prikt de clichés met dezelfde vaart weer door. De conclusie van een doorsnee aflevering is dus altijd: ‘euh… tsja… wat ben ik nu wijzer?’. Dát is De Wilde Keuken. En geen gedetailleerde -en volledig op waarheid berustende, maar wat is waarheid?- schets van (een onderdeel van) de (levensmiddelen)industrie.
    Blijkbaar accepteer je dat wanneer het over willekeurige onderwerpen gaat, maar als het dan toevallig een keer over bier gaat (jouw ‘ding’), beklim je je stokpaardje en ga je dingen roepen over gemiste kansen. Doe niet zo raar. Waarom moet Wouter aandacht besteden aan de ‘moderne Nederlandse biercultuur’? Om het handjevol ‘bierliefhebbers/-kenners’ een veer in de bibs te steken? Ik zou zeggen: het is De Wilde Keuken en dan weet je wat je krijgt. Eigenzinnigheid. Oftewel, dat wat jij pijnlijk vindt, hóórt bij het programma. Dat is het format.

    Wat jij doet, is macaroni kopen en dan gaan klagen dat het er niet uitziet als bami. Zo.

  4. Handjevol bierliefhebbers? De drukte op bierfestivals doet anders vermoeden. Meestal ben ik na ’t kijken van De Wilde Keuken toch iets wijzer over het onderwerp, maar deze keer heeft het programma heel wat kansen laten liggen. Dat mag gezegd worden, zeker gezien het groeiend aantal brouwerijen en liefhebbers in Nederland.

  5. Ik onderstreep je stelling dat :”Het is nostalgische tv. En eigenlijk was het dat gisteren ook: de wereld was nog gewoon zoals ze in 1983 was. Hollands pils, zoet zwaar bier uit België, hop uit West-Vlaanderen. Sinds 1983 is er veel gebeurd,”, maar daar ging de aflevering niet over.

    “Want, vertelde Wouter Klootwijk, enthousiast als altijd, wie bier zegt, die zegt België. Ja, nou, Heineken, Bavaria, dat had je in Nederland, maar écht bier, dat is Belgisch.” Dat is volgens mij ook een echte cliché-uitspraak.

    Zoals BJG al aangeeft is vaak de wilde keuken gericht op 1 punt. Dat was deze keer dus dat Belgisch bier met suiker wordt aangesterkt. En dat de Belgen om Heineken lachen.

    Beiden zijn volgens mij niet verkeerd. Wel vond ik de aflevering ook ‘snel’. Ik had nog wel wat meer willen horen over die hop en de ‘nostalgie’ daar. Maar de guitige blik en de clichés zijn toch mooi? Ik vond die hopboer die over Heinekenpils begon wel mooie TV.

Geef een reactie op BjG Reactie annuleren